Dossier: Rotterdam
drs. L.W. Verhoef
registeraccountant
Kersengaard 13
3962 JR Wijk bij Duurstede

Wijk bij Duurstede, 3 juni 2015

De gemeenteraad van
gemeente Rotterdam
Postbus 70012
3000 KP Rotterdam

Betreft: Jaarrekening 2014 van gemeente Rotterdam

Geachte Raad,

Voor u als gemeenteraad is de jaarrekening van uw gemeente een belangrijk document: hiermee legt het college van burgemeester en wethouders rekening en verantwoording aan u af over het gevoerde (financiële) beheer en verder is de jaarrekening voor u een belangrijk toetsingsmiddel voor de betrouwbaarheid van de begrotingen. Op basis van deze jaarrekeningen en begrotingen beslist u over de hoogte van de gemeentelijke belastingen en over het wel of niet doorgaan van belangrijke activiteiten. Ook voor de (geïnteresseerde) burgers is de jaarrekening een belangrijk document: d.m.v. de jaarrekening legt het gemeentebestuur al dan niet met uw instemming aan de burgers rekening en verantwoording af over de besteding van de belastinggelden en het gevoerde (financiële) beheer. Het is dus erg belangrijk dat de jaarrekening en de begroting betrouwbaar zijn.
Ik doe al enige jaren onderzoek naar jaarrekeningen van gemeenten en provincies. Mijn conclusie is dat de jaarrekeningen van veel gemeenten en provincies onbetrouwbaar en dus misleidend zijn. Ondanks de goedkeurende accountantsverklaringen daarbij die het tegendeel beweren.
Veelal geldt dat voor de presentatie van de baten en de lasten en het saldo daarvan. Het geldt veelal ook voor de presentatie van de financiële positie.
Het geldt ook voor de jaarrekening 2014 van gemeente Rotterdam.

De rekening van baten en lasten over 2014 sluit met een voordelig saldo van opbrengsten en kosten van € 111 miljoen. Het werkelijke saldo is € 28 miljoen (berekening). Er wordt dus € 83 miljoen verzwegen.
En al eerder:
De rekening van baten en lasten over 1998 sloot met een voordelig saldo van € 15 miljoen. Het werkelijke saldo was € 45 miljoen. Er werd dus € 30 miljoen verzwegen.

De rekening van baten en lasten over 1999 sloot met een voordelig saldo van € 0 miljoen. Het werkelijke saldo was € 237 miljoen. Er werd dus € 237 miljoen verzwegen.

De rekening van baten en lasten over 2000 sloot met een voordelig saldo van € 17 miljoen. Het werkelijke saldo was € 172 miljoen. Er werd dus € 155 miljoen verzwegen.

De rekening van baten en lasten over 2001 sloot met een voordelig saldo van € 28 miljoen. Het werkelijke saldo was een tekort van € 29 miljoen. Er werd dus € 57 miljoen verzwegen.

De rekening van baten en lasten over 2002 sloot met een voordelig saldo van € 16 miljoen. Het werkelijke saldo was € 90 miljoen. Er werd dus € 74 miljoen verzwegen.

De rekening van baten en lasten over 2003 sloot met een voordelig saldo van € 39 miljoen. Het werkelijke saldo is € 156 miljoen. Er werd dus € 117 miljoen verzwegen.

De rekening van baten en lasten over 2004 sloot met een voordelig saldo van € 104 miljoen. Het werkelijke saldo was € 152 miljoen. Er werd dus € 48 miljoen verzwegen.

De rekening van baten en lasten over 2005 sloot met een voordelig saldo van € 92 miljoen. Het werkelijke saldo was € 94 miljoen. Er werd dus € 2 miljoen verzwegen.
De rekening van baten en lasten over 2006 sloot met een voordelig saldo van € 150 miljoen. Het werkelijke saldo van de opbrengsten en de kosten was € 567 miljoen. Er werd dus € 417 miljoen verzwegen.
De rekening van baten en lasten over 2007 sloot met een voordelig saldo van € 55 miljoen. Het werkelijke saldo van de opbrengsten en kosten was nadelig € 9 miljoen. Er werd dus € 64 miljoen verzwegen.
De rekening van baten en lasten over 2008 sloot met een voordelig saldo van € 61 miljoen. In werkelijkheid was er een nadelig saldo van € 31 miljoen. Er werd dus € 92 miljoen verzwegen.
De rekening van baten en lasten over 2009 sloot met een voordelig saldo van € 60 miljoen. In werkelijkheid leed de gemeente een verlies van € 189 miljoen. Er werd dus € 249 miljoen verzwegen.
De rekening van baten en lasten over 2010 sloot met een nadelig saldo van € 58 miljoen. In werkelijkheid leed de gemeente een verlies van € 445 miljoen. Er werd dus € 387 miljoen verzwegen.
De rekening van baten en lasten over 2011 sloot met een nadelig saldo van € 42 miljoen. In werkelijkheid leed de gemeente een verlies van € 62 miljoen. Er werd dus € 20 miljoen verzwegen.
De rekening van baten en lasten over 2012 sloot met een voordelig saldo van € 100 miljoen. In werkelijkheid hield de gemeente slechts € 14 miljoen over. Er werd dus € 86 miljoen verzwegen.
De rekening van baten en lasten over 2013 sloot met een voordelig saldo van € 127 miljoen. Het werkelijke saldo was € 29 miljoen. Er werd dus € 98 miljoen verzwegen.

Opvallend:
Over de afgelopen acht jaar (periode 2007-2014) werd telkens een hoger saldo van opbrengsten en kosten gepresenteerd dan wat het in werkelijkheid was. Er werd over deze periode een voordelig saldo gepresenteerd van € 414 miljoen. In werkelijkheid leed de gemeente in deze periode een verlies van € 665 miljoen. Een verschil van € 1.079 miljoen. Waaraan is dat opgegaan?

Bovenstaande cijfers krijgen reliëf als men bedenkt dat de opbrengst van de Onroerendezaakbelasting in 2014 een bedrag was van € 220 miljoen.

Ook de weergave van de financiële positie is verre van juist. In de balans bijvoorbeeld zijn de vaste activa te laag weergegeven en onder de verplichtingen ontbreken wèl bestaande verplichtingen. Het betekent ook dat de hiermee samenhangende kosten (zoals afschrijvingskosten, personeelskosten) verkeerd in de rekening zijn opgenomen. Aan de jaarrekening zelf is dus wèl te ontlenen dat het saldo van de baten en de lasten niet het gesuggereerde bedrag van € 111 miljoen is, maar stelt niet in staat te zien wat dan het saldo van de baten en de lasten wèl is.

Wat als saldo van baten en lasten wordt gepresenteerd, is niet het werkelijke saldo, verschillende baten en lasten worden verkeerd gepresenteerd, en wat als financiële positie wordt gepresenteerd, is niet de werkelijke financiële positie. Dat betekent dat de jaarrekening totaal onbruikbaar is als verantwoordings- en sturingsinstrument en dus alleen maar bruikbaar is in de openhaard.

In de jaarrekening en het jaarverslag 2014 komt ook heel veel onzin voor, bijvoorbeeld waar het gaat over reserves, over voorzieningen, over een "saldo voor reservering" en een "saldo na reservering" en een "rekeningresultaat" (er is maar één resultaat en dat is het resultaat, i.c. het saldo van de baten en de lasten), over zoiets als een "programmarekening" (zoiets heet in gangbaar Nederlands een rekening van baten en lasten of een winst-en-verliesrekening), over paragrafen die geen paragrafen zijn, over zoiets als "weerstandsvermogen" en "weerstandscapaciteit" met zelfs een berekening van de nonsens, over een of ander niet relevant "EMU-saldo", over zoiets als "arbeidskostengerelateerde verplichtingen", over "uitzettingen" met een of andere "rentetypische looptijd", over zoiets als "investeringen met een economisch nut" en "investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut", en een onzinnige bijlage over zoiets als "SISA". Dit soort onzin zet alleen maar de lezer op het verkeerde been en leidt af van waar het werkelijk over zou moeten gaan.
Overigens adviseer ik u sterk tot het opheffen van alle reserves, deze samen te voegen tot één Algemene reserve, en alle baten en alle lasten op te nemen in waar ze thuishoren, namelijk in de begroting respectievelijk in de rekening van baten en lasten. Dat zal het inzicht in waar het echt over moet gaan, aanmerkelijk verbeteren.

U wordt om instemming gevraagd met een bestemming/besteding van een voordelig saldo van € 111 miljoen. Echter, zo veel valt er niet te bestemmen/besteden!

U leest er heel veel meer over op de website www.leoverhoef.nl, te beginnen met: "Boekhoudfraude bij gemeenten en provincies schering en inslag". Op de website treft u mijn bevindingen over de jaarrekeningen van Rotterdam aan in de lijst "Uw gemeente en provincie". Deze brief en mijn eerdere correspondentie met u als gemeenteraad over de misleidende jaarrekeningen treft u aan in "Dossier: Rotterdam".

Volgens BBV artikel 3 moeten de jaarstukken met name voor gemeenteraadsleden goed te begrijpen zijn. U kunt het beste zelf beoordelen of aan deze eis is voldaan. Volgens uw accountant heeft u hem gezegd dat u het allemaal prima begrijpt. Hoe kan hij anders beweren dat u de jaarrekening goed begrijpt?

Graag was ik u van dienst.

Met vriendelijke groet en hoogachting,

L.W. Verhoef